Pensioengevaar bij echtscheiding
Wanneer u als directeur-grootaandeelhouder (dga) gaat scheiden, dan heeft dit grote gevolgen voor het pensioen dat u heeft opgebouwd. Helemaal als het gaat om een pensioen in eigen beheer. Uw ex-partner kan namelijk afstorting eisen en dat vraagt om de nodige liquiditeiten.
Algemene regels
Bij echtscheiding heeft uw ex-partner in principe recht op de helft van het ouderdomspen-sioen dat tijdens het huwelijk is opgebouwd. Daarnaast heeft uw ex-partner recht op een bijzonder partnerpensioen/nabestaandenpensioen. U mag samen een andere verdeling afspreken. Ook kunt u gezamenlijk besluiten om helemaal niet tot verdeling van het pensioen over te gaan. Wijkt u echter af van de standaardverdeling, dan moet dit wel zijn vastgelegd in de huwelijkse voorwaarden of in het echtscheidingsconvenant.
Afstorten pensioen in eigen beheer
Bij pensioen in eigen beheer kan uw ex-partner eisen dat het aan hem of haar toekomende pensioenaandeel elders, bijvoorbeeld bij een externe verzekeraar, wordt ondergebracht. U bent verplicht om hieraan mee te werken. Dat betekent een aanslag op de liquiditeiten van de BV. Indien u echter kunt aantonen dat door de afstorting van het pensioen de continuïteit van uw bedrijf in gevaar komt, hoeft niet te worden afgestort of kan afstorting worden opgeschort.
Let op! Of uw BV op het moment van afstorting nu wel of niet voldoende liquide middelen heeft, speelt in principe geen rol. Pas als er geen financiële middelen zijn en deze ook niet kunnen worden verkregen, hoeft niet te worden afgestort.
Geen giftenaftrek voor vrijwilliger zonder recht op vergoeding
Giften, die iemand doet aan instellingen die het algemeen nut beogen (ANBI’s) zijn aftrekbaar voor de inkomstenbelasting wanneer het totaal van de giften meer bedraagt dan 1% van het verzamelinkomen. Op grond van de zogenoemde vrijwilligersregeling zijn beloningen van vrijwilligers onder bepaalde voorwaarden niet belast. Het afzien door een vrijwilliger van een vergoeding kan worden aangemerkt als gift. Wanneer het gaat om een andere vergoeding dan een vergoeding van door de vrijwilliger gemaakte kosten, moet er een reëel recht op vergoeding bestaan. Dat houdt ondermeer in dat de ANBI in staat is om de vergoeding te betalen en dat de vrijwilliger de vrijheid heeft om over de vergoeding te beschikken.
Een vrijwilliger claimde aftrek van giften voor de door hem verrichte werkzaamheden ten behoeve van twee ANBI’s. De vrijwilliger had echter geen recht op vergoeding. Er was daarom geen sprake van het afzien van een vergoeding. De vrijwilliger stelde dat hij zich andere inkomsten had laten ontgaan door een aantal uren als vrijwilliger te werken. Dat hield naar zijn mening in dat het ging om gemaakte kosten. Zowel de rechtbank als in hoger beroep het gerechtshof merkt het laten ontgaan van inkomsten niet aan als het maken van kosten. Dit betekende dat de vrijwilliger geen recht had op aftrek.
Aanpassing besluit medische vrijstelling btw
De Wet op de Omzetbelasting bevat een vrijstelling voor prestaties op het gebied van de gezondheidskundige verzorging van de mens. Deze vrijstelling is per 1 januari 2013 gewijzigd. De toepassing van de vrijstelling is beperkt tot diensten die worden verricht door beoefenaren van een medisch of paramedisch beroep die daarvoor een opleiding hebben gevolgd die valt onder de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG). Alleen de diensten, die tot het deskundigheidsgebied van het aangewezen beroep behoren en onderdeel vormen van de hiervoor bedoelde opleiding, zijn vrijgesteld. Verricht de beroepsbeoefenaar andere diensten, dan zijn deze belast.
Zo geldt bijvoorbeeld voor cosmetische chirurgie en andere cosmetische medische behandelingen dat zij niet zijn vrijgesteld als deze diensten geen therapeutisch doel hebben, maar alleen de verfraaiing van het uiterlijk ten doel hebben. Het Hof van Justitie EU heeft dat standpunt recent bevestigd. De beroepsbeoefenaar moet in zijn btw-administratie een onderscheid maken tussen ingrepen met en zonder therapeutisch doel. Dit geldt overigens ook voor andere medische handelingen die niet zondermeer een therapeutisch doel hebben, zoals sportkeuringen. De Belastingdienst kan slechts marginaal toetsen of de vrijstelling juist wordt toegepast.
Behandelmethodes die niet vallen onder de reguliere geneeskunde vallen niet onder de vrijstelling.
In afwachting van de uitkomsten van een onderzoek door het ministerie van VWS naar de positie van psychologen en orthopedagogen geldt op basis van een goedkeuring de vrijstelling van omzetbelasting voor:
- de kinder- en jeugdpsycholoog NIP,
- de psycholoog arbeid en gezondheid NIP,
- de NVO orthopedagoog-generalist.
Voor deze beroepen is door het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) respectievelijk de Nederlandse vereniging van pedagogen en onderwijskundigen (NVO) een register ingesteld.
Deze goedkeuring vervalt als het ministerie van VWS deze beroepen niet zal regelen in de Wet BIG.
Waarschuwing voor “Spookfacturen”
Het bedrijfsleven wordt regelmatig benaderd met spookfacturen. Zet u vraagtekens bij een ontvangen factuur van een vreemde leverancier?
Middels onderstaande link naar de site van Steunpunt Acquisitiefraude ziet u de nieuwste voorbeelden van bekende namen van fraudeurs, die “spookfacturen” rondsturen:
http://www.fraudemeldpunt.nl/nieuwscategorie/Waarschuwingen
Na minnelijke beëindiging geen vergoeding wegens kennelijk onredelijke opzegging
Een van de manieren waarop een arbeidsovereenkomst kan eindigen anders dan door opzegging door een der partijen is met wederzijds goedvinden. Als een arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden wordt beëindigd wordt meestal een vaststellingsovereenkomst opgesteld, waarin de afwikkeling van de arbeidsovereenkomst is vastgelegd. Een vaststellingsovereenkomst bindt beide partijen. Dat betekent dat daarvan behoudens bijzondere omstandigheden niet van kan worden afgeweken.
Door met wederzijds goedvinden de arbeidsovereenkomst te beëindigen is geen sprake van een opzegging die tot het einde van de arbeidsovereenkomst heeft geleid. Dat betekent dat er geen ruimte meer is om schadevergoeding wegens kennelijk onredelijke opzegging te vorderen. Voor zover een werknemer bij de beëindiging van zijn dienstverband recht meent te hebben op een ontslagvergoeding zal hij dat mee moeten nemen in de onderhandelingen over de vaststellingsovereenkomst.
Voorwaarden toepassing korting DGA-pensioen in eigen beheer
De staatsecretaris heeft de voorwaarden gepubliceerd waaronder er een korting (afboeking) kan worden gerealiseerd op de pensioenverplichting in eigen beheer.
Ook BV’s met pensioen in eigen beheer hebben last van de crisis en te kampen met onderdekking. De staatssecretaris van Financiën publiceerde op 18 maart 2013 de voorwaarden waaronder het afstempelen (afboeken) van dit DGA-pensioen niet leidt tot fiscale gevolgen.
Probleem?
Als een directeur-grootaandeelhouder (DGA) zijn pensioen in eigen beheer prijsgeeft wordt de DGA geconfronteerd met loonheffing over de waarde van het pensioen en 20% revisierente, terwijl hij geen pensioen ontvangt. Het prijsgeven van pensioen heeft die gevolgen niet voor zover er sprake is van “niet voor verwezenlijking vatbare rechten”. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij faillissement, surseance van betaling of schuldsanering van de BV.
Verlagen van het DGA-pensioen in eigen beheer wordt fiscaal gezien als prijsgeven van pensioen en heeft dus dezelfde consequenties.
Minister bepaalt wanneer korting DGA-pensioen niet fiscaal bestraft wordt
Sinds 1 januari 2013 is in de Wet op de loonbelasting de bepaling opgenomen dat onder bepaalde voorwaarden het korten van pensioen niet leidt tot fiscale sancties. In het besluit vult de minister deze voorwaarden verder in.
Voorwaarden
De korting mag alleen plaatsvinden op de pensioendatum. Met ingang van 1 januari 2013 mag de korting plaatsvinden als de vermogenspositie van de BV te laag is om op de pensioeningangsdatum de aangegane pensioenverplichtingen na te komen.
Het te lage vermogen moet zijn veroorzaakt door ondernemings- en/of beleggingsverliezen.
Tot en met 31 december 2015 mag een BV met pensioenaanspraken in eigen beheer -die op
1 januari 2013 al zijn ingegaan- eenmalig korten.
Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
a. Op de pensioeningangsdatum is sprake van een dekkingsgraad van 75% of lager. De BV moet hierbij de activa en overige passiva in aanmerking nemen tegen de waarde in het economisch verkeer en de pensioenverplichting tegen de fiscale waarde.
b. De onderdekking is veroorzaakt door (reële) ondernemings- en/of beleggingsverliezen. Er is geen onderdekking als de BV in een periode van zeven jaar voorafgaande aan de pensioen-datum dividend heeft uitgekeerd of kapitaal heeft terugbetaald.
c. De BV vermindert de pensioenaanspraken met maximaal het bedrag dat noodzakelijk is om de dekkingsgraad van de fiscale waarde van de pensioenverplichtingen op 100% te stellen.
d. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting(en) behoort tot de belastbare winst van de BV.
e. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting wordt niet gerekend tot de verkrijgingsprijs van het aanmerkelijk belang.
f. De vermindering van de pensioenaanspraken moet evenredig plaatsvinden over alle bij de BV uit te voeren pensioenregelingen die samenhangen met de aanspraken waarop de vermindering plaatsvindt. Alle pensioenaanspraken moeten met hetzelfde percentage worden verminderd.
g. Alle bij de BV betrokken pensioengerechtigden, de werkgever, het bestuur van de BV en de bij de BV betrokken aanmerkelijkbelanghouder(s) verklaren zich schriftelijk akkoord met de vermindering van de pensioenaanspraken en (voor zover hen dat aangaat) met de voorwaarden a tot en met f.
h. De onder g, genoemde personen/lichamen dienen een verzoek in bij de inspecteur, waarbij zij (voor zover hen dat aangaat) verklaren dat is voldaan aan de voorwaarden. en waaraan zij de bewijsmiddelen toevoegen waaruit dat blijkt.
Valse Belastingdienst e-mails vragen om DigiD
De Belastingdienst en DigiD waarschuwen sinds maart voor valse e-mails. De afzender van de e-mails doet zich voor als de Belastingdienst. Als u zo’n e-mail heeft ontvangen, adviseren wij u deze weg te gooien en niet te klikken op links in de e-mail.
Belastingteruggave
In de e-mails staat dat u een belastingteruggave kunt krijgen. Vervolgens wordt u gevraagd om op een link met het DigiD logo te klikken. Deze link komt niet uit op de echte DigiD website, maar op een valse internetsite waar wordt gevraagd naar uw DigiD gebruikersnaam en wachtwoord.
Valse site
Indien u toch op de link in de e-mail heeft geklikt en uw DigiD heeft ingevoerd op deze valse internetsite, dan moet u uw DigiD opheffen en een nieuwe DigiD aanvragen via www.digid.nl. Neem vervolgens ook contact op met de DigiD helpdesk.
Wetsvoorstel versobering pensioenopbouw ingediend
Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft het wetsvoorstel Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioenen en maximering pensioengevend inkomen bij de Tweede Kamer ingediend.
Pensioenopbouw
Vanaf 1 januari 2015 gaat het maximale opbouwpercentage voor pensioenopbouw met
0,4-procentpunt omlaag. Daarnaast kan per diezelfde datum voor inkomens van € 100.000 en meer geen pensioen meer worden opgebouwd waarvan de pensioenpremie fiscaal aftrekbaar is.
Deze aftrekbeperking geldt zowel voor de opbouw van pensioen in dienstbetrekking (tweede pijler), als voor de opbouw van een oudedagsvoorziening via een lijfrente (derde pijler).
De premie voor deze lijfrenten is volgens bepaalde normen en tot een bepaald maximum-bedrag aftrekbaar. In 2013 bedraagt het (maximum)premiepercentage over de grondslag van de derde pijler 17% en gaat naar 12,7% in 2015.
De maximumpremiegrondslag in de derde pijler wordt ook afgetopt bij € 100.000 (vóór toepassing van de AOW-franchise). Ook de formule waarmee rekening wordt gehouden met de pensioenopbouw in de tweede pijler -en waarmee de opbouwruimte wordt berekend in de derde pijler- wordt aangepast.
FOR
Ook de fiscale oudedagsvoorziening (FOR) voor ondernemers wordt aangepast. Ondernemers kunnen onder voorwaarden in 2013 12% van de winst maar tot een maximum van € 9.452 aan de FOR toevoegen. Het percentage van 12 gaat omlaag naar maximaal 8,9 procent. Het maximumbedrag voor toevoeging aan de FOR gaat omlaag tot ca € 7.847.
De sociale partners hebben tot 1 juni 2013 de tijd om met alternatieven voor of aanvullin-gen op de voorgestelde maatregelen te komen.
Het is de bedoeling dat het wetsvoorstel op 1 januari 2014 in werking treedt, waarbij de meeste wijzigingen per 1 januari 2015 en 1 januari 2016 ingaan.
Meer bescherming voor erfgenamen tegen onbekende schulden uit erfenis
Staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie komt erfgenamen tegemoet die onverwacht te maken krijgen met een schuld uit een erfenis, waarvoor zij met eigen geld aansprakelijk worden.
Erven
Voorwaarde is wel dat de erfgenamen niets te verwijten valt: zij kenden de schuld niet en konden er ook niet van op de hoogte zijn. Dit staat in een brief van de bewindsman aan de Tweede Kamer waarmee hij reageert op het rapport ‘Erven zonder financiële zorgen’ van de Radboud Universiteit Nijmegen en Netwerk Notarissen.
Beneficiair aanvaarden
In het rapport gaat het om de vraag hoe erfgenamen beschermd kunnen worden tegen schulden van de erflater. Volgens het huidige recht kan dat door beneficiair te aanvaarden. De erfgenaam voorkomt dat hij met zijn privévermogen aansprakelijk wordt voor schulden van de erflater. Hij verkrijgt namelijk alleen de goederen van de erfenis die zijn overgebleven na aftrek van de schulden. Je hoeft dus als erfgenaam nooit meer te betalen dan het vermogen dat jou is nagelaten. Zo kan bij het erven van een huis de erfgenaam voorkomen dat hij voor een eventuele restschuld van de woning met privévermogen moet instaan.
Toch kunnen mensen in de problemen komen, zo blijkt uit het rapport. Het gaat om de situatie dat de nalatenschap niet beneficiair, maar zuiver is aanvaard: de erfgenaam verkrijgt alle goederen en schulden uit de erfenis. Als in zo’n situatie de erfgenaam met een onbekende schuld te maken krijgt die niet meer uit de erfenis kan worden betaald dan moet hij deze met eigen geld betalen. De onderzoekers vinden het redelijk dat in dergelijke – niet veel voorkomende gevallen – de erfgenaam wordt beschermd tegen onverwachte schulden als hem niets valt aan te rekenen.
Aanpassing erfrecht
De staatssecretaris deelt deze opvatting en past de wet aan. Erfgenamen kunnen straks naar de kantonrechter stappen en een machtiging vragen om de nalatenschap alsnog beneficiair te aanvaarden, zodat zij niet met hun privévermogen hoeven in te staan voor onbekende schulden.
Onverkoopbaarheid
Daarnaast is aanpassing van het erfrecht niet een oplossing voor erfgenamen die in financiële problemen komen omdat een geërfde woning lange tijd te koop staat en de vaste lasten doorbetaald moeten worden. Onverkoopbaarheid van woningen is op dit moment een probleem van alle huizenbezitters en niet alleen van erfgenamen, aldus Teeven. Daarom heeft het kabinet maatregelen genomen om de woningmarkt weer op gang te helpen.
Scholing voor zzp’ers
Scholing is belangrijk voor de persoonlijke ontwikkeling van een ondernemer en voor de ontwikkeling van zijn bedrijf. Ook verbetert een goede opleiding de kansen op nieuwe opdrachten.
Scholingskosten aftrekbaar
Goede scholing kan ervoor zorgen dat mensen (langer) inzetbaar blijven en verhoogt de productiviteit. Daarom stimuleert de overheid werknemers en ondernemers (zoals zzp’ers) om scholing te volgen.
Zo mag iedereen die inkomstenbelasting betaalt (of een partner heeft die dat doet) zijn scholingskosten opvoeren als persoonsgebonden aftrek bij de belastingaangifte. Voorwaarde is dat de scholing zorgt voor een betere positie op de arbeidsmarkt.
Zzp’ers die de kosten al als ondernemingskosten aftrekken van de belastbare winst, kunnen geen gebruikmaken van de regeling.
Eigen verantwoordelijkheid
Een zzp’er moet er zelf voor zorgen dat hij opleidingen en / of cursussen volgt. De overheid let erop dat hij hierbij geen onnodige belemmeringen ondervindt.