Waarschuwing voor “Spookfacturen”

Het bedrijfsleven wordt regelmatig benaderd met spookfacturen. Zet u vraagtekens bij een ontvangen factuur van een vreemde leverancier?

Middels onderstaande link naar de site van Steunpunt Acquisitiefraude ziet u de nieuwste voorbeelden van bekende namen van fraudeurs, die “spookfacturen” rondsturen:

http://www.fraudemeldpunt.nl/nieuwscategorie/Waarschuwingen

 

 

Na minnelijke beëindiging geen vergoeding wegens kennelijk onredelijke opzegging

Een van de manieren waarop een arbeidsovereenkomst kan eindigen anders dan door opzegging door een der partijen is met wederzijds goedvinden. Als een arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden wordt beëindigd wordt meestal een vaststellingsovereenkomst opgesteld, waarin de afwikkeling van de arbeidsovereenkomst is vastgelegd. Een vaststellingsovereenkomst bindt beide partijen. Dat betekent dat daarvan behoudens bijzondere omstandigheden niet van kan worden afgeweken.

Door met wederzijds goedvinden de arbeidsovereenkomst te beëindigen is geen sprake van een opzegging die tot het einde van de arbeidsovereenkomst heeft geleid. Dat betekent dat er geen ruimte meer is om schadevergoeding wegens kennelijk onredelijke opzegging te vorderen. Voor zover een werknemer bij de beëindiging van zijn dienstverband recht meent te hebben op een ontslagvergoeding zal hij dat mee moeten nemen in de onderhandelingen over de vaststellingsovereenkomst.

Voorwaarden toepassing korting DGA-pensioen in eigen beheer

De staatsecretaris heeft de voorwaarden gepubliceerd waaronder er een korting (afboeking) kan worden gerealiseerd op de pensioenverplichting in eigen beheer.
Ook BV’s met pensioen in eigen beheer hebben last van de crisis en te kampen met onderdekking. De staatssecretaris van Financiën publiceerde op 18 maart 2013 de voorwaarden waaronder het afstempelen (afboeken) van dit DGA-pensioen niet leidt tot fiscale gevolgen.

Probleem?
Als een directeur-grootaandeelhouder (DGA) zijn pensioen in eigen beheer prijsgeeft wordt de DGA geconfronteerd met loonheffing over de waarde van het pensioen en 20% revisierente, terwijl hij geen pensioen ontvangt. Het prijsgeven van pensioen heeft die gevolgen niet voor zover er sprake is van “niet voor verwezenlijking vatbare rechten”. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij faillissement, surseance van betaling of schuldsanering van de BV.
Verlagen van het DGA-pensioen in eigen beheer wordt fiscaal gezien als prijsgeven van pensioen en heeft dus dezelfde consequenties.

Minister bepaalt wanneer korting DGA-pensioen niet fiscaal bestraft wordt
Sinds 1 januari 2013 is in de Wet op de loonbelasting de bepaling opgenomen dat onder bepaalde voorwaarden het korten van pensioen niet leidt tot fiscale sancties. In het besluit vult de minister deze voorwaarden verder in.

Voorwaarden
De korting mag alleen plaatsvinden op de pensioendatum. Met  ingang van 1 januari 2013 mag de korting plaatsvinden als de vermogenspositie van de BV te laag is om op de pensioeningangsdatum de aangegane pensioenverplichtingen na te komen.
Het te lage vermogen moet zijn veroorzaakt door ondernemings- en/of beleggingsverliezen.

Tot en met 31 december 2015 mag een BV met pensioenaanspraken in eigen beheer -die op
1 januari 2013 al zijn ingegaan- eenmalig korten.

Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
a. Op de pensioeningangsdatum is sprake van een dekkingsgraad van 75% of lager. De BV moet hierbij de activa en overige passiva in aanmerking nemen tegen de waarde in het economisch verkeer en de pensioenverplichting tegen de fiscale waarde.
b. De onderdekking is veroorzaakt door (reële) ondernemings- en/of beleggingsverliezen. Er is geen onderdekking als de BV in een periode van zeven jaar voorafgaande aan de pensioen-datum dividend heeft uitgekeerd of kapitaal heeft terugbetaald.
c. De BV vermindert de pensioenaanspraken met maximaal het bedrag dat noodzakelijk is om de dekkingsgraad van de fiscale waarde van de pensioenverplichtingen op 100% te stellen.
d. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting(en) behoort tot de belastbare winst van de BV.
e. Het door de vermindering van de pensioenaanspraken vrijgevallen deel van de fiscale pensioenverplichting wordt niet gerekend tot de verkrijgingsprijs van het aanmerkelijk belang.
f. De vermindering van de pensioenaanspraken moet evenredig plaatsvinden over alle bij de BV uit te voeren pensioenregelingen die samenhangen met de aanspraken waarop de vermindering plaatsvindt. Alle pensioenaanspraken moeten met hetzelfde percentage worden verminderd.
g. Alle bij de BV betrokken pensioengerechtigden, de werkgever, het bestuur van de BV en de bij de BV betrokken aanmerkelijkbelanghouder(s) verklaren zich schriftelijk akkoord met de vermindering van de pensioenaanspraken en (voor zover hen dat aangaat) met de voorwaarden a tot en met f.
h. De onder g, genoemde personen/lichamen dienen een verzoek in bij de inspecteur, waarbij zij (voor zover hen dat aangaat) verklaren dat is voldaan aan de voorwaarden. en waaraan zij de bewijsmiddelen toevoegen waaruit dat blijkt.

Valse Belastingdienst e-mails vragen om DigiD

De Belastingdienst en DigiD waarschuwen sinds maart voor valse e-mails. De afzender van de e-mails doet zich voor als de Belastingdienst. Als u zo’n e-mail heeft ontvangen, adviseren wij u deze weg te gooien en niet te klikken op links in de e-mail.

Belastingteruggave
In de e-mails staat dat u een belastingteruggave kunt krijgen. Vervolgens wordt u gevraagd om op een link met het DigiD logo te klikken. Deze link komt niet uit op de echte DigiD website, maar op een valse internetsite waar wordt gevraagd naar uw DigiD gebruikersnaam en wachtwoord.

Valse site
Indien u toch op de link in de e-mail heeft geklikt en uw DigiD heeft ingevoerd op deze valse internetsite, dan moet u uw DigiD opheffen en een nieuwe DigiD aanvragen via www.digid.nl. Neem vervolgens ook contact op met de DigiD helpdesk.

Wetsvoorstel versobering pensioenopbouw ingediend

Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft het wetsvoorstel Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioenen en maximering pensioengevend inkomen bij de Tweede Kamer ingediend.

Pensioenopbouw
Vanaf 1 januari 2015 gaat het maximale opbouwpercentage voor pensioenopbouw met
0,4-procentpunt omlaag. Daarnaast kan per diezelfde datum voor inkomens van € 100.000 en meer geen pensioen meer worden opgebouwd waarvan de pensioenpremie fiscaal aftrekbaar is.

Deze aftrekbeperking geldt zowel voor de opbouw van pensioen in dienstbetrekking (tweede pijler), als voor de opbouw van een oudedagsvoorziening via een lijfrente (derde pijler).

De premie voor deze lijfrenten is volgens bepaalde normen en tot een bepaald maximum-bedrag aftrekbaar. In 2013 bedraagt het (maximum)premiepercentage over de grondslag van de derde pijler 17% en gaat naar 12,7% in 2015.
De maximumpremiegrondslag in de derde pijler wordt ook afgetopt bij € 100.000 (vóór toepassing van de AOW-franchise). Ook de formule waarmee rekening wordt gehouden met de pensioenopbouw in de tweede pijler -en waarmee de opbouwruimte wordt berekend in de derde pijler- wordt aangepast.

FOR
Ook de fiscale oudedagsvoorziening (FOR) voor ondernemers wordt aangepast. Ondernemers kunnen onder voorwaarden in 2013 12% van de winst maar tot een maximum van € 9.452 aan de FOR toevoegen. Het percentage van 12 gaat omlaag naar maximaal 8,9 procent. Het maximumbedrag voor toevoeging aan de FOR gaat omlaag tot ca  € 7.847.

De sociale partners hebben tot 1 juni 2013 de tijd om met alternatieven voor of aanvullin-gen op de voorgestelde maatregelen te komen.
Het is de bedoeling dat het wetsvoorstel op 1 januari 2014 in werking treedt, waarbij de meeste wijzigingen per 1 januari 2015 en 1 januari 2016 ingaan.

Meer bescherming voor erfgenamen tegen onbekende schulden uit erfenis

Staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie komt erfgenamen tegemoet die onverwacht te maken krijgen met een schuld uit een erfenis, waarvoor zij met eigen geld aansprakelijk worden.

Erven
Voorwaarde is wel dat de erfgenamen niets te verwijten valt: zij kenden de schuld niet en konden er ook niet van op de hoogte zijn. Dit staat in een brief van de bewindsman aan de Tweede Kamer waarmee hij reageert op het rapport ‘Erven zonder financiële zorgen’ van de Radboud Universiteit Nijmegen en Netwerk Notarissen.

Beneficiair aanvaarden
In het rapport gaat het om de vraag hoe erfgenamen beschermd kunnen worden tegen schulden van de erflater. Volgens het huidige recht kan dat door beneficiair te aanvaarden. De erfgenaam voorkomt dat hij met zijn privévermogen aansprakelijk wordt voor schulden van de erflater. Hij verkrijgt namelijk alleen de goederen van de erfenis die zijn overgebleven na aftrek van de schulden. Je hoeft dus als erfgenaam nooit meer te betalen dan het vermogen dat jou is nagelaten. Zo kan bij het erven van een huis de erfgenaam voorkomen dat hij voor een eventuele restschuld van de woning met privévermogen moet instaan.

Toch kunnen mensen in de problemen komen, zo blijkt uit het rapport. Het gaat om de situatie dat de nalatenschap niet beneficiair, maar zuiver is aanvaard: de erfgenaam verkrijgt alle goederen en schulden uit de erfenis. Als in zo’n situatie de erfgenaam met een onbekende schuld te maken krijgt die niet meer uit de erfenis kan worden betaald dan moet hij deze met eigen geld betalen. De onderzoekers vinden het redelijk dat in dergelijke – niet veel voorkomende gevallen – de erfgenaam wordt beschermd tegen onverwachte schulden als hem niets valt aan te rekenen.

Aanpassing erfrecht
De staatssecretaris deelt deze opvatting en past de wet aan. Erfgenamen kunnen straks naar de kantonrechter stappen en een machtiging vragen om de nalatenschap alsnog beneficiair te aanvaarden, zodat zij niet met hun privévermogen hoeven in te staan voor onbekende schulden.

Onverkoopbaarheid
Daarnaast is aanpassing van het erfrecht niet een oplossing voor erfgenamen die in financiële problemen komen omdat een geërfde woning lange tijd te koop staat en  de vaste lasten doorbetaald moeten worden. Onverkoopbaarheid van woningen is op dit moment een probleem van alle huizenbezitters en niet alleen van erfgenamen, aldus Teeven. Daarom heeft het kabinet maatregelen genomen om de woningmarkt weer op gang te helpen.

Scholing voor zzp’ers

Scholing is belangrijk voor de persoonlijke ontwikkeling van een ondernemer en voor de ontwikkeling van zijn bedrijf. Ook verbetert een goede opleiding de kansen op nieuwe opdrachten.

Scholingskosten aftrekbaar
Goede scholing kan ervoor zorgen dat mensen (langer) inzetbaar blijven en verhoogt de productiviteit. Daarom stimuleert de overheid werknemers en ondernemers (zoals zzp’ers) om scholing te volgen.

Zo mag iedereen die inkomstenbelasting betaalt (of een partner heeft die dat doet) zijn scholingskosten opvoeren als persoonsgebonden aftrek bij de belastingaangifte. Voorwaarde is dat de scholing zorgt voor een betere positie op de arbeidsmarkt.

Zzp’ers die de kosten al als ondernemingskosten aftrekken van de belastbare winst, kunnen geen gebruikmaken van de regeling.

Eigen verantwoordelijkheid
Een zzp’er moet er zelf voor zorgen dat hij opleidingen en / of cursussen volgt. De overheid let erop dat hij hierbij geen onnodige belemmeringen ondervindt.

Hulp als u vanuit een uitkering een eigen bedrijf wilt beginnen


Als u vanuit een uitkering een eigen bedrijf wilt beginnen, kunt u daar mogelijk hulp bij krijgen van uw uitkeringsinstantie. Bijvoorbeeld het UWV of uw gemeente. U overlegt dit met de instantie voordat u begint met uw onderneming.

Een eigen bedrijf vanuit de Werkloosheidswet (WW)
Als u een WW-uitkering heeft en als zelfstandige aan de slag wilt, neemt u contact op met uitkeringsinstantie UWV. Het UWV kan u toestemming geven om 6 maanden aan uw eigen onderneming te werken met behoud van uitkering. Tijdens deze periode hoeft u niet te solliciteren. Het beginnen van een eigen bedrijf kan ook deel uitmaken van uw re-integratie.

Een eigen bedrijf bij arbeidsongeschiktheid
Als u een arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft, kunt u bij het UWV vragen wat uw mogelijkheden zijn om een eigen onderneming te starten. U kunt misschien gebruik maken van:

  • een individuele re-integratieovereenkomst (IRO);
  • begeleiding;
  • een starterskrediet;
  • werkplekaanpassingen;
  • aanvulling van uw inkomen (inkomenssuppletie).

Het UWV heeft meer informatie over het opstarten van een eigen bedrijf als u een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgt volgens de:

  • Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA);
  • Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO);
  • Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong);
  • Wet arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (WAZ);
  • Ziektewet (ZW).

Een eigen bedrijf vanuit de bijstand
Als u bijstand krijgt, kunt u voor informatie en hulp bij het starten van een eigen bedrijf terecht bij de sociale dienst van uw gemeente. U heeft mogelijk recht op bijvoorbeeld begeleiding, een starterskrediet of een lening.

Zzp en de Arbowet

Zzp’ers zijn in principe zelf verantwoordelijk voor hun veiligheid tijdens het werk. Toch gelden wel degelijk arbo-regels voor zelfstandigen: bijvoorbeeld als sprake is van ernstige risico’s zoals valpartijen, verdrinking of gevaarlijke stoffen. Sinds 1 juli 2012 zijn zzp’ers en werknemers die op dezelfde plek werken op dezelfde manier beschermd.

Arboregels voor zelfstandigen
Werkgevers moeten ervoor zorgen dat hun werknemers veilig en gezond kunnen werken. Zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) zijn geen werkgever (of werknemer) en zijn in principe zelf verantwoordelijkheid voor hun veiligheid.

Zzp’ers  krijgen te maken met de Arboregelgeving als er sprake is van gevaarlijk werk, waarbij de veiligheid of gezondheid van henzelf of van derden (klanten, voorbijgangers) in het geding is. Zo moeten zzp’ers die op hoogte werken (zoals op daken en steigers) maatregelen nemen om valpartijen te voorkomen (zoals leuningen plaatsen of veiligheidsgordels dragen).

Niet alle zaken die de Arbowet voorschrijft, zijn van toepassing op zzp´ers. Zo hoeven zzp’ers bijvoorbeeld niet verplicht te onderzoeken of hun werk gevaar kan opleveren of schade kan veroorzaken (risico-inventarisatie).

De Inspectie SZW kan optreden tegen zzp’ers die de regels overtreden en sancties (zoals boetes) opleggen.

Dezelfde arboregels voor zzp’er en werknemer
Voor zzp’ers en ‘gewone’ werknemers die op dezelfde plek werken, gelden sinds 1 juli 2012 dezelfde (arbo-)regels voor bijvoorbeeld geluid of fysieke belasting. Tot nu toe golden voor werknemers in loondienst strengere arbo-eisen dan voor zzp’ers binnen hetzelfde bedrijf.

Een wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit heft dit verschil op. Het kabinet heeft hiertoe besloten in reactie op het advies ‘Zelfstandigen en arbeidsomstandig-heden’ van de SER uit 2011.

Met deze wijziging wordt voorkomen dat zzp’ers en werknemers met elkaar gaan concurreren op arbeidsomstandigheden. Als voor zzp’ers minder arbo-regels gelden, zijn ze namelijk goedkoper. De wijziging maakt ook de handhaving eenvoudiger. Zo hoeft de SZW Inspectie straks bij controles niet eerst vast te stellen of iemand wel of niet een ‘echte’ zzp’er is om te kijken welke regelgeving geldt. De wijziging heeft geen gevolgen voor zzp’ers die alleen werken.

Verschil zzp’er en werknemer voor de Arbowet
Veel zzp’ers worden ook nu al door de Arbowet als werknemer beschouwd (ook al gelden ze voor de Belastingdienst als zelfstandige). Voor deze groep heeft het  Arbeids-omstandighedenbesluit van juli 2012 geen gevolgen.

Dit geldt bijvoorbeeld voor veel zzp’ers in de bouw. Een voorbeeld is de zzp’er die als metselaar wordt ingehuurd door een bouwbedrijf om te helpen bij een klus. Als de metselaar vaste werktijden heeft en als een uitvoerder hem instructies geeft, dan gelden voor deze metselaar dezelfde arbo-regels als voor ‘gewone’ werknemers.

Bezwaar tegen de werkgeversheffing hoge lonen

Bedroeg het loon van één of meer van uw werknemers vorig jaar meer dan € 150.000, dan moet u in de maand maart 2013 rekening houden met een eenmalige werkgeversheffing voor hoge lonen. Deze crisisheffing is mogelijk in strijd met Europees recht. Het kan daarom verstandig zijn om bezwaar te maken.

Werkgeversheffing hoge lonen
Voor de werkgeversheffing is bepalend het loon van uw werknemer uit tegenwoordige dienstbetrekking over het hele jaar 2012, dus inclusief alle structurele en incidentele beloningen en dus ook inclusief de bijtelling auto. Bedroeg dit loon meer dan € 150.000, dan bent u over dit meerdere in maart 16% belasting verschuldigd. U moet dit bedrag aangeven in de aangifte over maart 2013. Uiteraard houden wij daar rekening mee als wij uw aangifte loonheffing verzorgen.

Europees recht
De werkgeversheffing hoge lonen is mogelijk in strijd met Europees recht vanwege de terugwerkende kracht. De maatregel werd namelijk in april vorig jaar bekendgemaakt. Werkgevers waren in de eerste maanden van 2012 dus nog niet op de hoogte van de maatregel. Dat terwijl wel wordt uitgegaan van het hele jaarloon over 2012. Het kan daarom verstandig zijn om bezwaar te maken tegen de aangifte waarin de werkgevers-heffing wordt aangegeven. Neem hiervoor contact op met ons kantoor.